Dit document is overgenomen van EUR-Lex
Document 32016D0035(01)
Decision (EU) 2016/2247 of the European Central Bank of 3 November 2016 on the annual accounts of the European Central Bank (recast) (ECB/2016/35)
Besluit (EU) 2016/2247 van de Europese Centrale Bank van 3 november 2016 betreffende de jaarrekening van de Europese Centrale Bank (herschikking) (ECB/2016/35)
Besluit (EU) 2016/2247 van de Europese Centrale Bank van 3 november 2016 betreffende de jaarrekening van de Europese Centrale Bank (herschikking) (ECB/2016/35)
PB L 347 van 20.12.2016, blz. 1–25
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
Van kracht: Dezehandelingisgewijzigd. Huidige geconsolideerde versie: 31/12/2021
20.12.2016 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 347/1 |
BESLUIT (EU) 2016/2247 VAN DE EUROPESE CENTRALE BANK
van 3 november 2016
betreffende de jaarrekening van de Europese Centrale Bank (ECB/2016/35)
(herschikking)
DE RAAD VAN BESTUUR VAN DE EUROPESE CENTRALE BANK,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gezien de statuten van het Europees Stelsel van centrale banken en van de Europese Centrale Bank, en met name artikel 26.2,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Besluit ECB/2010/21 (1) is verscheidene malen aanzienlijk gewijzigd. Aangezien nadere wijzigingen noodzakelijk zijn, dient dit besluit ter wille van de duidelijkheid herschikt te worden. |
(2) |
Richtsnoer ECB/2010/20 (2) waaraan Besluit ECB/2010/21 refereert, is herschikt en ingetrokken bij Richtsnoer (EU) 2016/2249 van de Europese Centrale Bank (ECB/2016/34) (3), |
HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:
HOOFDSTUK I
ALGEMENE BEPALINGEN
Artikel 1
Definities
1. De in artikel 1 van Richtsnoer (EU) 2016/2249 (ECB/2016/34) gedefinieerde termen hebben in dit besluit dezelfde betekenis.
2. Overige in dit besluit gebruikte technische termen hebben dezelfde betekenis als in bijlage II bij Richtsnoer (EU) 2016/2249 (ECB/2016/34).
Artikel 2
Werkingssfeer
De in dit besluit vastgelegde regels zijn van toepassing op de jaarrekening van de ECB, bestaande uit de balans, de posten die buiten de balans in de boeken van de ECB zijn vastgelegd, de winst-en-verliesrekening en de toelichtingen bij de jaarrekening van de ECB.
Artikel 3
Kwalitatieve vereisten
De in artikel 3 van Richtsnoer (EU) 2016/2249 (ECB/2016/34) gedefinieerde kwalitatieve vereisten zijn ook voor dit besluit van toepassing.
Artikel 4
Uitgangspunten inzake de financiële administratie
De uitgangspunten inzake de financiële administratie in artikel 4 van Richtsnoer (EU) 2016/2249 (ECB/2016/34) zijn ook voor dit besluit van toepassing.
In afwijking van de eerste volzin van artikel 4, lid 3, van Richtsnoer (EU) 2016/2249 (ECB/2016/34), worden gebeurtenissen na de balansdatum alleen meegenomen tot de datum waarop de directie machtiging verleent om de jaarrekening van de ECB aan de Raad van bestuur ter goedkeuring voor te leggen.
Artikel 5
Economische en kasbasisbenadering
De in artikel 5 van Richtsnoer (EU) 2016/2249 (ECB/2016/34) bepaalde regels zijn van toepassing op dit besluit.
Artikel 6
Verantwoording van activa en passiva
Financiële of andere activa/passiva worden alleen verantwoord op de balans van de ECB overeenkomstig artikel 6 van Richtsnoer (EU) 2016/2249 (ECB/2016/34).
HOOFDSTUK II
SAMENSTELLING VAN BALANS EN BALANSWAARDERINGSREGELS
Artikel 7
Balansindeling
De indeling van de balans is gebaseerd op het in bijlage I weergegeven schema.
Artikel 8
Voorziening voor wisselkoers-, rente-, krediet- en goudprijsrisico's
Rekening houdend met de aard van de activiteiten van de ECB kan de Raad van bestuur een voorziening voor wisselkoers-, rente-, krediet- en goudprijsrisico's opvoeren op de balans van de ECB. De Raad van bestuur bepaalt de omvang en het gebruik van de voorziening op basis van een met redenen omklede raming van de potentiële risico's voor de ECB.
Artikel 9
Balanswaarderingsregels
1. Ten behoeve van de waardering worden de actuele marktkoersen en -prijzen op de balansdatum gebruikt, tenzij anders aangegeven in bijlage I.
2. De herwaardering van goud, instrumenten in vreemde valuta, effecten (m.u.v. effecten geclassificeerd als tot de vervaldag aangehouden, niet-verhandelbare effecten en voor monetairbeleidsdoeleinden aangehouden effecten die gewaardeerd worden tegen de aanschaffingswaarde verminderd met de afschrijvingen), alsook financiële instrumenten, zowel op de balans als buiten de balans, vindt plaats per jaarultimo tegen het gemiddelde van marktbied- en laatkoersen en -prijzen.
3. Er wordt voor goud geen onderscheid gemaakt tussen prijs- en valutaherwaarderingsverschillen, maar er wordt één herwaarderingsverschil voor goud bepaald, gebaseerd op de prijs in euro per gewichtseenheid goud berekend aan de hand van de EUR/USD-koers op de driemaandelijkse herwaarderingsdatum. De herwaardering van valuta geschiedt per valutasoort, inclusief transacties binnen en buiten de balans. Ten behoeve van dit artikel worden aangehouden bijzondere trekkingsrechten (SDR's), met inbegrip van voorraden aangewezen individuele deviezen die deel uitmaken van de SDR, als één deelneming behandeld. Herwaardering van effecten geschiedt per fondscode, d.w.z. hetzelfde ISIN-nummer/type, terwijl ingebouwde opties voor waarderingsdoeleinden niet gescheiden worden. Effecten die aangehouden worden voor monetairbeleidsdoeleinden of onder de posten „Overige financiële activa” of „Diversen” worden opgenomen, worden behandeld als afzonderlijke deelnemingen.
4. Verhandelbare effecten die voor monetairbeleidsdoeleinden worden aangehouden, worden behandeld als afzonderlijke deelnemingen en worden gewaardeerd tegen ofwel marktprijs, ofwel tegen de aanschaffingswaarde verminderd met de afschrijvingen (onderworpen aan bijzondere waardevermindering), afhankelijk van monetairbeleidsoverwegingen.
5. Waardepapieren die ingedeeld zijn als tot de vervaldag aangehouden papieren, worden als afzonderlijke deelnemingen behandeld en worden gewaardeerd tegen de aanschaffingswaarde verminderd met de afschrijvingen (onderworpen aan bijzondere waardevermindering). Dezelfde behandeling geldt voor niet-verhandelbare waardepapieren. Effecten die ingedeeld zijn als tot de vervaldag aangehouden papieren, kunnen in elk van de volgende omstandigheden voor de vervaldatum worden verkocht:
a) |
indien de verkochte hoeveelheid niet significant wordt geacht vergeleken met het totale bedrag van de portefeuille van tot de vervaldatum aangehouden waardepapieren; |
b) |
indien de waardepapieren worden verkocht één maand voor de vervaldatum; |
c) |
in uitzonderlijke omstandigheden, zoals een significante verslechtering van de kredietwaardigheid van de emittent. |
Artikel 10
Transacties met wederinkoop
Transacties met wederinkoopverplichting worden administratief verwerkt overeenkomstig artikel 10 van Richtsnoer (EU) 2016/2249 (ECB/2016/34).
Artikel 11
Verhandelbare waardepapieren
Verhandelbare waardepapieren worden administratief verwerkt overeenkomstig artikel 11 van Richtsnoer (EU) 2016/2249 (ECB/2016/34).
Artikel 12
Afdekken van het renterisico op waardepapieren met derivaten
Het afdekken van het renterisico wordt administratief verwerkt overeenkomstig artikel 12 van Richtsnoer (EU) 2016/2249 (ECB/2016/34).
Artikel 13
Synthetische instrumenten
Synthetische instrumenten worden administratief verwerkt overeenkomstig artikel 13 van Richtsnoer (EU) 2016/2249 (ECB/2016/34).
HOOFDSTUK III
RESULTAATBEPALING
Artikel 14
Resultaatbepaling
1. De leden 1, 2, 3, 5, en 7 van artikel 15 van Richtsnoer (EU) 2016/2249 (ECB/2016/34) zijn van toepassing op de resultaatbepaling.
2. Het op specifieke herwaarderingsrekeningen aangehoudene, resulterende uit bijdragen overeenkomstig artikel 48.2 van de statuten van het Europees Stelsel van centrale banken en van de Europese Centrale Bank (hierna „de ESCB-statuten” genoemd) met betrekking tot centrale banken van lidstaten wier derogatie is ingetrokken, wordt, voordat dergelijke verliezen overeenkomstig artikel 33.2 van de ESCB-statuten worden gedekt, verrekend met ongerealiseerde winsten, indien zij eerdere in de overeenkomstige standaardherwaarderingsrekening geboekte herwaarderingswinsten te boven gaan, zoals vastgelegd in artikel 15, lid 1, onder c), van Richtsnoer (EU) 2016/2249 (ECB/2016/34). Het op specifieke herwaarderingsrekeningen aangehouden goud, de valuta's en waardepapieren worden pro rata teruggebracht indien de aangehouden activa worden verminderd.
Artikel 15
Transactiekosten
Artikel 16 van Richtsnoer (EU) 2016/2249 (ECB/2016/34) is van toepassing op dit besluit.
HOOFDSTUK IV
REGELS INZAKE FINANCIËLE ADMINISTRATIE VOOR NIET IN DE BALANS OPGENOMEN INSTRUMENTEN
Artikel 16
Algemene regels
Artikel 17 van Richtsnoer (EU) 2016/2249 (ECB/2016/34) is van toepassing op dit besluit.
Artikel 17
Deviezentermijntransacties
Deviezentermijntransacties worden administratief verwerkt overeenkomstig artikel 18 van Richtsnoer (EU) 2016/2249 (ECB/2016/34).
Artikel 18
Deviezenswaps
Deviezenswaps worden administratief verwerkt overeenkomstig artikel 19 van Richtsnoer (EU) 2016/2249 (ECB/2016/34).
Artikel 19
Futures-contracten
Futures-contracten worden administratief verwerkt overeenkomstig artikel 20 van Richtsnoer (EU) 2016/2249 (ECB/2016/34).
Artikel 20
Renteswaps
Renteswaps worden administratief verwerkt overeenkomstig artikel 21 van Richtsnoer (EU) 2016/2249 (ECB/2016/34).
Ongerealiseerde verliezen die aan het eind van het jaar worden opgenomen in de winst-en-verliesrekening, worden in de daaropvolgende jaren afgeschreven volgens de lineaire methode. Bij renteswaps op termijn begint de afschrijving vanaf de valutadatum van de transactie.
Artikel 21
Rentetermijncontracten
Rentetermijncontracten worden administratief verwerkt overeenkomstig artikel 22 van Richtsnoer (EU) 2016/2249 (ECB/2016/34).
Artikel 22
Termijntransacties in effecten
Termijntransacties in effecten worden administratief verwerkt overeenkomstig methode A in artikel 23, lid 1, van Richtsnoer (EU) 2016/2249 (ECB/2016/34).
Artikel 23
Opties
Opties worden administratief verwerkt overeenkomstig artikel 24 van Richtsnoer (EU) 2016/2249 (ECB/2016/34).
HOOFDSTUK V
JAARLIJKS GEPUBLICEERDE BALANSEN EN WINST-EN-VERLIESREKENINGEN
Artikel 24
Indelingen
1. De opstelling en indeling van de gepubliceerde jaarbalans van de ECB komen overeen met de opstelling en indeling in bijlage II.
2. De opstelling en indeling van de gepubliceerde winst-en-verliesrekening van de ECB komen overeen met de opstelling en indeling in bijlage III.
HOOFDSTUK VI
SLOTBEPALINGEN
Artikel 25
Ontwikkeling, toepassing en interpretatie van de regels
1. Bij de interpretatie van dit besluit wordt rekening gehouden met het hiertoe verrichte voorbereidende werk, de door de Uniewetgeving geharmoniseerde regels inzake waardering en resultaatbepaling en algemeen aanvaarde grondslagen voor financiële verslaggeving.
2. Indien een specifieke vorm van administratieve verwerking niet in dit besluit is vastgelegd en bij gebreke van een andersluidend besluit van de Raad van bestuur, volgt de ECB waarderingsgrondslagen in overeenstemming met internationale standaarden voor financiële verslaglegging zoals goedgekeurd door de Europese Unie die betrekking hebben op de activiteiten en rekeningen van de ECB.
Artikel 26
Intrekking
1. Besluit ECB/2010/21 wordt bij deze ingetrokken.
2. Verwijzingen naar het ingetrokken besluit gelden als verwijzingen naar dit besluit en worden gelezen overeenkomstig de concordantietabel in bijlage V.
Artikel 27
Inwerkingtreding
Dit besluit treedt op 31 december 2016 in werking.
Gedaan te Frankfurt am Main, 3 november 2016.
De president van de ECB
Mario DRAGHI
(1) Besluit ECB/2010/21 van 11 november 2010 betreffende de jaarrekening van de Europese Centrale Bank (PB L 35 van 9.2.2011, blz. 1).
(2) Richtsnoer ECB/2010/20 van 11 november 2010 betreffende het juridische kader ten behoeve van de financiële administratie en verslaglegging in het Europees Stelsel van centrale banken (PB L 35 van 9.2.2011, blz. 31).
(3) Richtsnoer (EU) 2016/2249 van de Europese Centrale Bank van 3 november 2016 betreffende het juridische kader ten behoeve van de financiële administratie en verslaglegging in het Europees Stelsel van centrale banken (ECB/2016/34) (zie bladzijde 37 van dit Publicatieblad).
BIJLAGE I
SAMENSTELLING VAN BALANS EN BALANSWAARDERINGSREGELS
ACTIVA
|
Balanspost |
Indeling van de balansposten |
Waarderingsgrondslag |
||||||||||||||||||||
1 |
Goud en goudvorderingen |
Fysiek goud, d.w.z. baren, munten, platen, klompjes, in voorraad of „nog te ontvangen”. Niet-fysiek goud, zoals direct opvraagbare tegoeden op gouddepositorekeningen (niet-verbijzonderde rekeningen), termijndeposito's, alsmede goudvorderingen die voortkomen uit een van de volgende transacties: a) op- of afwaarderingen en b) goudlocatie, of swaps gericht op het verkrijgen van fysiek goud met een ander goudgehalte, indien het verschil tussen vrijgave en ontvangst meer dan één werkdag is |
Marktwaarde |
||||||||||||||||||||
2 |
Vorderingen op niet-ingezetenen van het eurogebied, luidende in vreemde valuta |
Vorderingen op wederpartijen buiten het eurogebied, inclusief internationale en supranationale instellingen en centrale banken van buiten het eurogebied, luidende in vreemde valuta |
|
||||||||||||||||||||
2.1 |
Vorderingen op het Internationaal Monetair Fonds (IMF) |
|
|
||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||
2.2 |
Tegoeden bij banken en beleggingen in effecten, externe leningen en overige externe activa |
|
|
||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||
3 |
Vorderingen op ingezetenen van het eurogebied, luidende in vreemde valuta |
|
|
||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||
4 |
Vorderingen op niet-ingezetenen van het eurogebied, luidende in euro |
|
|
||||||||||||||||||||
4.1 |
Tegoeden bij banken, beleggingen in effecten en leningen |
|
|
||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||
4.2 |
Vorderingen uit hoofde van de kredietfaciliteit uit hoofde van het Wisselkoersmechanisme II (ERM II) |
Kredietverlening overeenkomstig de ERM II-voorwaarden |
Nominale waarde |
||||||||||||||||||||
5 |
Kredietverlening aan kredietinstellingen in het eurogebied in verband met in euro luidende monetairbeleidstransacties |
Post 5.1 tot en met 5.5: transacties volgens de respectieve monetairbeleidsinstrumenten beschreven in Richtsnoer (EU) 2015/510 van de Europese Centrale Bank (ECB/2014/60) (1) |
|
||||||||||||||||||||
5.1 |
Basisherfinancieringstransacties |
Regelmatige liquiditeitsverruimende transacties met wederinkoopverplichting, met een wekelijkse frequentie en gewoonlijk een looptijd van één week |
Nominale waarde of repokostprijs |
||||||||||||||||||||
5.2 |
Langerlopende herfinancieringstransacties |
Regelmatige liquiditeitsverruimende transacties met wederinkoopverplichting, gewoonlijk met een maandelijkse frequentie en een langere looptijd dan die van de basisherfinancieringstransacties |
Nominale waarde of repokostprijs |
||||||||||||||||||||
5.3 |
Finetuningtransacties met wederinkoop |
Transacties met wederinkoopverplichting, uitgevoerd op ad-hocbasis met finetuningoogmerk |
Nominale waarde of repokostprijs |
||||||||||||||||||||
5.4 |
Structurele transacties met wederinkoop |
Transacties met wederinkoopverplichting die de structurele positie van het Eurosysteem t.o.v. de financiële sector beïnvloeden |
Nominale waarde of repokostprijs |
||||||||||||||||||||
5.5 |
Marginale beleningsfaciliteit |
Faciliteit voor het verkrijgen van krediet tot de volgende ochtend tegen een van tevoren vastgestelde rentevoet, op onderpand van beleenbare activa (permanente faciliteit) |
Nominale waarde of repokostprijs |
||||||||||||||||||||
5.6 |
Kredieten uit hoofde van margestortingen |
Aanvullend krediet voor kredietinstellingen op grond van waardestijgingen van onderliggende activa ten behoeve van ander aan deze kredietinstellingen verleend krediet |
Nominale waarde of kostprijs |
||||||||||||||||||||
6 |
Overige vorderingen op kredietinstellingen in het eurogebied, luidende in euro |
Rekeningen-courant, termijndeposito's, daggeld, repotransacties met wederverkoopverplichting in verband met het beheer van effectenportefeuilles onder actiefpost 7 „Effecten van ingezetenen van het eurogebied, luidende in euro”, waaronder begrepen transacties die het gevolg zijn van de omzetting van de voormalige deviezenreserves van het eurogebied, en overige vorderingen. Correspondentrekeningen bij kredietinstellingen die in het buitenland zijn gevestigd, maar binnen het eurogebied. Overige vorderingen en transacties die niet samenhangen met monetairbeleidstransacties van het Eurosysteem |
Nominale waarde of kostprijs |
||||||||||||||||||||
7 |
Effecten uitgegeven door ingezetenen van het eurogebied, luidende in euro |
|
|
||||||||||||||||||||
7.1 |
Voor monetairbeleidsdoeleinden aangehouden effecten |
Voor monetairbeleidsdoeleinden aangehouden effecten (waaronder voor monetairbeleidsdoeleinden aangekochte effecten die zijn uitgegeven door supranationale of internationale organisaties of multilaterale ontwikkelingsbanken, ongeacht het land van vestiging). Voor finetuning aangekochte schuldbewijzen van de Europese Centrale Bank (ECB) |
|
||||||||||||||||||||
7.2 |
Overige effecten |
Effecten m.u.v. effecten onder actiefpost 7.1 „Voor monetairbeleidsdoeleinden aangehouden effecten” en onder actiefpost 11.3 „Overige financiële activa”; promessen en obligaties, wissels, nulcouponobligaties, geldmarktpapier dat op termijnbasis („outright”) wordt aangehouden, waaronder begrepen overheidsobligaties van vóór de Economische Monetaire Unie (EMU), luidende in euro. Eigenvermogensinstrumenten |
|
||||||||||||||||||||
8 |
Overheidsschuld, luidende in euro |
Vorderingen op overheden van vóór de EMU (niet-verhandelbare effecten, leningen) |
Deposito's/leningen tegen nominale waarde, niet-verhandelbare effecten tegen kostprijs |
||||||||||||||||||||
9 |
Vorderingen binnen het Eurosysteem |
|
|
||||||||||||||||||||
9.1 |
Vorderingen ingevolge de uitgifte van ECB-schuldbewijzen |
Vorderingen binnen het Eurosysteem jegens nationale centrale banken (NCB's) die voortvloeien uit de uitgifte van ECB-schuldbewijzen |
Kostprijs |
||||||||||||||||||||
9.2 |
Vorderingen uit hoofde van de toedelingen van eurobankbiljetten binnen het Eurosysteem |
Vorderingen uit hoofde van de uitgifte van bankbiljetten door de ECB overeenkomstig Besluit ECB/2010/29 (2) |
Nominale waarde |
||||||||||||||||||||
9.3 |
Overige vorderingen binnen het Eurosysteem (netto) |
Nettopositie van de volgende subposten: |
|
||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||
10 |
Vereveningsposten |
Saldi van vereveningsrekeningen (vorderingen), waaronder begrepen vorderingen uit hoofde van te incasseren cheques |
Nominale waarde |
||||||||||||||||||||
11 |
Overige activa |
|
|
||||||||||||||||||||
11.1 |
Munten uit het eurogebied |
Euromuntstukken |
Nominale waarde |
||||||||||||||||||||
11.2 |
Materiële en immateriële vaste activa |
Grond en gebouwen, meubilair en inventaris, inclusief computerapparatuur, software |
Kostprijs minus afschrijving Afschrijving is de systematische toedeling van het af te schrijven bedrag van een actief over de levensduur ervan. De levensduur is de periode waarin een vast actief verwacht wordt beschikbaar te zijn voor gebruik door de entiteit. De levensduur van individuele vaste activa kan systematisch worden herzien indien verwachtingen afwijken van eerdere schattingen. Belangrijke activa kunnen bestaan uit componenten met verschillende levensduur. De levensduur dient voor elk van dergelijke componenten individueel te worden beoordeeld. De kostprijs van immateriële activa omvat de aanschafprijs van het immateriële actief. Overige directe of indirecte kosten dienen als uitgaven te worden geboekt. Kapitalisering van kosten: op basis van limiet (minder dan 10 000 EUR, excl. btw: geen kapitalisering) |
||||||||||||||||||||
11.3 |
Overige financiële activa |
|
|
||||||||||||||||||||
11.4 |
Herwaarderingsverschillen op instrumenten buiten de balans |
Resultaten van de waardering van deviezentermijnaffaires, deviezenswaps, renteswaps (tenzij dagelijkse variatiemarge van toepassing is), rentetermijncontracten, termijntransacties in effecten, contante deviezentransacties vanaf de transactiedatum tot de afwikkelingsdatum |
Nettopositie tussen termijn en contant, tegen koers op deviezenmarkt |
||||||||||||||||||||
11.5 |
Overlopende activa en vooruitbetaalde kosten |
Inkomsten die in de verslagperiode niet opeisbaar zijn, maar er wel aan moeten worden toegeschreven. Vooruitbetaalde kosten en betaalde opgebouwde rente, d.w.z. opgebouwde interest gekocht met een effect |
Nominale waarde; deviezen worden omgerekend tegen de marktkoers |
||||||||||||||||||||
11.6 |
Diversen |
|
|
||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||
12 |
Verlies over het boekjaar |
|
Nominale waarde |
PASSIVA
|
Balanspost |
Indeling van de balansposten |
Waarderingsgrondslag |
||||||||
1 |
Bankbiljetten in omloop |
Eurobankbiljetten uitgegeven door de ECB overeenkomstig Besluit ECB/2010/29 |
Nominale waarde |
||||||||
2 |
Verplichtingen aan kredietinstellingen van het eurogebied in verband met in euro luidende monetairbeleidstransacties |
Posten 2.1, 2.2, 2.3 en 2.5: deposito's in euro zoals beschreven in Richtsnoer (EU) 2015/510 (ECB/2014/60) |
|
||||||||
2.1 |
Rekeningen-courant (met inbegrip van reserveverplichtingen) |
Eurorekeningen van kredietinstellingen die zijn opgenomen in de lijst van financiële instellingen die overeenkomstig de ESCB-statuten minimumreserves moeten aanhouden. Deze post bevat hoofdzakelijk rekeningen voor het aanhouden van minimumreserves |
Nominale waarde |
||||||||
2.2 |
Depositofaciliteit |
Deposito's met een looptijd tot de volgende ochtend, tegen een van tevoren vastgestelde rentevoet (permanente faciliteit) |
Nominale waarde |
||||||||
2.3 |
Termijndeposito's |
Wegens finetuningtransacties aangetrokken voor liquiditeitsverkrapping |
Nominale waarde |
||||||||
2.4 |
Finetuningtransacties met wederinkoop |
Monetairbeleidstransacties gericht op liquiditeitsverkrapping |
Nominale waarde of repokostprijs |
||||||||
2.5 |
Deposito's uit hoofde van margestortingen |
Deposito's van kredietinstellingen die voortkomen uit waardedalingen van onderliggende activa inzake aan deze kredietinstellingen verstrekte kredieten |
Nominale waarde |
||||||||
3 |
Overige verplichtingen aan kredietinstellingen in het eurogebied, luidende in euro |
Repotransacties in verband met gelijktijdige repotransacties met wederverkoopverplichting voor het beheer van effectenportefeuilles onder actiefpost 7 „Effecten van ingezetenen van het eurogebied, luidende in euro”. Overige transacties die geen verband houden met monetairbeleidstransacties van het Eurosysteem. Geen rekeningen-courant van kredietinstellingen |
Nominale waarde of repokostprijs |
||||||||
4 |
Uitgegeven ECB-schuldbewijzen |
Schuldbewijzen zoals beschreven in Richtsnoer (EU) 2015/510 (ECB/2014/60). Discontopapier dat is uitgegeven om liquiditeit te verkrappen |
Kostprijs Disagio's worden afgeschreven |
||||||||
5 |
Verplichtingen aan overige ingezetenen van het eurogebied, luidende in euro |
|
|
||||||||
5.1 |
Overheid |
Rekeningen-courant, termijndeposito's, direct opvraagbare deposito's |
Nominale waarde |
||||||||
5.2 |
Overige passiva |
Rekeningen-courant van personeel, bedrijven en cliënten, waaronder financiële instellingen die zijn vrijgesteld van het aanhouden van minimumreserves (zie passiefpost 2.1); termijndeposito's, direct opvraagbare deposito's |
Nominale waarde |
||||||||
6 |
Verplichtingen aan niet-ingezetenen van het eurogebied, luidende in euro |
Rekeningen-courant, termijndeposito's, direct opvraagbare deposito's waaronder rekeningen voor betalingsdoeleinden en voor het beheer van reserves: van andere banken, centrale banken, internationale/supranationale instellingen waaronder de Europese Commissie; rekeningen-courant van overige deposanten. Repotransacties in verband met gelijktijdige repotransacties met wederverkoopverplichting voor het beheer van effecten, luidende in euro. Saldi van TARGET2-rekeningen van centrale banken van niet-eurogebiedlidstaten |
Nominale waarde of repokostprijs |
||||||||
7 |
Verplichtingen aan ingezetenen van het eurogebied, luidende in vreemde valuta |
Rekeningen-courant. Verplichtingen uit hoofde van repotransacties; gewoonlijk beleggingen waarbij gebruik wordt gemaakt van deviezen of goud |
Nominale waarde; omgerekend tegen koers op deviezenmarkt per jaarultimo |
||||||||
8 |
Verplichtingen aan niet-ingezetenen van het eurogebied, luidende in vreemde valuta |
|
|
||||||||
8.1 |
Deposito's, tegoeden en overige verplichtingen |
Rekeningen-courant. Verplichtingen uit hoofde van repotransacties; gewoonlijk beleggingen waarbij gebruik wordt gemaakt van deviezen of goud |
Nominale waarde; omgerekend tegen de koers op deviezenmarkt per jaarultimo |
||||||||
8.2 |
Verplichtingen uit hoofde van de ERM II-kredietfaciliteit |
Kredietverlening overeenkomstig de ERM II-voorwaarden |
Nominale waarde; omgerekend tegen de koers op deviezenmarkt per jaarultimo |
||||||||
9 |
Tegenwaarde van toegewezen bijzondere trekkingsrechten in het IMF |
In SDR luidende post, die de SDR's aangeeft die oorspronkelijk aan het/de desbetreffende land/NCB waren toegewezen |
Nominale waarde; omgerekend tegen de koers op deviezenmarkt per jaarultimo |
||||||||
10 |
Verplichtingen binnen het Eurosysteem |
|
|
||||||||
10.1 |
Verplichtingen uit hoofde van de overdracht van externe reserves |
Post op de balans van de ECB, luidende in euro |
Nominale waarde |
||||||||
10.2 |
Overige verplichtingen binnen het Eurosysteem (netto) |
Nettopositie van de volgende subposten: |
|
||||||||
|
|
||||||||||
|
|
||||||||||
11 |
Vereveningsposten |
Saldi van vereveningsrekeningen (verplichtingen), waaronder schulden uit hoofde van af te wikkelen girale overboekingen |
Nominale waarde |
||||||||
12 |
Overige passiva |
|
|
||||||||
12.1 |
Herwaarderingsverschillen op instrumenten buiten de balans |
Resultaten van de waardering van deviezentermijnaffaires, deviezenswaps, renteswaps (tenzij dagelijkse variatiemarge van toepassing is), rentetermijncontracten, termijntransacties in effecten, contante deviezentransacties vanaf de transactiedatum tot de afwikkelingsdatum |
Nettopositie tussen termijn en contant, tegen koers op deviezenmarkt |
||||||||
12.2 |
Overlopende passiva |
Kosten die in een toekomstige periode invorderbaar worden, maar betrekking hebben op de verslagperiode. Inkomsten die in de verslagperiode zijn ontvangen, maar betrekking hebben op een toekomstige periode |
Nominale waarde; deviezen worden omgerekend tegen de marktkoers |
||||||||
12.3 |
Diversen |
|
|
||||||||
|
|
||||||||||
|
|
||||||||||
13 |
Voorzieningen |
|
|
||||||||
|
|
||||||||||
14 |
Herwaarderingsrekeningen |
|
|
||||||||
|
|
||||||||||
15 |
Kapitaal en reserves |
|
|
||||||||
15.1 |
Kapitaal |
Volgestort kapitaal |
Nominale waarde |
||||||||
15.2 |
Reserves |
Wettelijke reserves overeenkomstig artikel 33 van de ESCB-statuten en bijdragen uit hoofde van artikel 48.2 van de ESCB-statuten met betrekking tot centrale banken van lidstaten wier derogatie is ingetrokken |
Nominale waarde |
||||||||
16 |
Winst over het boekjaar |
|
Nominale waarde |
(1) Richtsnoer (EU) 2015/510 van de Europese Centrale Bank van 19 december 2014 betreffende de tenuitvoerlegging van het monetairbeleidskader van het Eurosysteem (ECB/2014/60) (PB L 91 van 2.4.2015, blz. 3).
(2) Besluit ECB/2010/29 van 13 december 2010 betreffende de uitgifte van eurobankbiljetten (PB L 35 van 9.2.2011, blz. 26).
BIJLAGE II
Jaarbalans van de ECB
(in miljoen EUR) |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Activa (2) |
Verslagjaar |
Vorig jaar |
Passiva |
Verslagjaar |
Vorig jaar |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1. Goud en goudvorderingen 2. Vorderingen op niet-ingezetenen van het eurogebied, luidende in vreemde valuta
3. Vorderingen op ingezetenen van het eurogebied, luidende in vreemde valuta 4. Vorderingen op niet-ingezetenen van het eurogebied, luidende in euro
5. Kredietverlening aan kredietinstellingen in het eurogebied in verband met in euro luidende monetairbeleidstransacties
6. Overige vorderingen op kredietinstellingen in het eurogebied, luidende in euro 7. Effecten uitgegeven door ingezetenen van het eurogebied, luidende in euro
8. Overheidsschuld, luidende in euro 9. Vorderingen binnen het Eurosysteem
10. Vereveningsposten 11. Overige activa
12. Verlies over het boekjaar |
|
|
1. Bankbiljetten in omloop 2. Verplichtingen aan kredietinstellingen van het eurogebied in verband met in euro luidende monetairbeleidstransacties
3. Overige verplichtingen aan kredietinstellingen in het eurogebied, luidende in euro 4. Uitgegeven ECB-schuldbewijzen 5. Verplichtingen aan overige ingezetenen van het eurogebied, luidende in euro
6. Verplichtingen aan niet-ingezetenen van het eurogebied, luidende in euro 7. Verplichtingen aan ingezetenen van het eurogebied, luidende in vreemde valuta 8. Verplichtingen aan niet-ingezetenen van het eurogebied, luidende in vreemde valuta
9. Tegenwaarde van toegewezen bijzondere trekkingsrechten in het IMF 10. Verplichtingen binnen het eurosysteem
11. Vereveningsposten 12. Overige passiva
13. Voorzieningen 14. Herwaarderingsrekeningen 15. Kapitaal en reserves
16. Winst over het boekjaar |
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Totaal activa |
|
|
Totaal passiva |
|
|
(1) De ECB mag hetzij exacte bedragen in euro publiceren, hetzij op een andere manier afgeronde bedragen.
(2) De tabel van activa mag ook voor de tabel van passiva worden gepubliceerd.
BIJLAGE III
GEPUBLICEERDE WINST-EN-VERLIESREKENING VAN DE ECB
(in miljoen EUR) |
||||
Winst- en verliesrekening voor het boekjaar dat eindigt op 31 december ... |
Rapportage jaar |
Vorig jaar |
||
|
|
|
||
|
|
|
||
|
|
|
||
|
|
|
||
|
|
|
||
|
|
|
||
|
|
|
||
|
|
|
||
|
|
|
||
|
|
|
||
|
|
|
||
|
|
|
||
|
|
|
||
|
|
|
||
|
|
|
||
|
|
|
||
|
|
|
||
Totaal nettobaten |
|
|
||
|
|
|
||
|
|
|
||
|
|
|
||
|
|
|
||
|
|
|
||
|
|
|
||
(Verlies)/Winst over het boekjaar |
|
|
(1) De ECB mag hetzij exacte bedragen in euro publiceren, hetzij op een andere manier afgeronde bedragen.
(2) De uitsplitsing naar baten en lasten mag bij wijze van alternatief worden opgenomen in de toelichting bij de jaarrekening.
(3) Hiertoe behoren administratieve voorzieningen.
(4) Deze post wordt gebruikt wanneer de productie van bankbiljetten wordt uitbesteed (voor de kosten van de diensten van externe ondernemingen die namens de centrale banken met de productie zijn belast). Aanbevolen wordt de kosten die gemaakt worden in verband met de uitgifte van eurobankbiljetten, te boeken op de winst-en-verliesrekening wanneer zij worden gefactureerd of anderszins worden gemaakt; zie ook Richtsnoer (EU) 2016/2249 (ECB/2016/34).
BIJLAGE IV
INGETROKKEN BESLUIT MET LIJST VAN OPEENVOLGENDE WIJZIGINGEN
Besluit ECB/2010/21 |
|
Besluit ECB/2012/30 |
|
Besluit ECB/2013/52 |
|
Besluit ECB/2014/55 |
|
Besluit ECB/2015/26 |
BIJLAGE V
CONCORDANTIETABEL
Besluit ECB/2010/21 |
Dit besluit |
Artikel 3 |
Artikel 4 |
Artikel 6 |
Artikel 7 |
Artikel 7 |
Artikel 8 |
Artikel 8 |
Artikel 9 |
Artikel 9 |
Artikel 10 |
Artikel 10 |
Artikel 11 |
Artikel 11 |
Artikel 12 |
Artikel 12 |
Artikel 13 |
Artikel 13 |
Artikel 14 |
Artikel 14 |
Artikel 15 |
Artikel 15 |
Artikel 16 |
Artikel 16 |
Artikel 17 |
Artikel 17 |
Artikel 18 |
Artikel 18 |
Artikel 19 |
Artikel 19 |
Artikel 20 |
Artikel 20 |
Artikel 21 |
Artikel 21 |
Artikel 22 |
Artikel 22 |
Artikel 23 |
Artikel 23 |
Artikel 24 |
Artikel 24 |
Artikel 25 |
Artikel 25 |
Artikel 26 |
Artikel 26 |
Artikel 27 |